1. #cognitieve-dissonantie
  2. #corruptie
  3. #hooijmaijers
  4. #integriteit
  5. #manipuleren
  6. #psychologie
  7. #vvd
  8. Artikelen

Op morele vakantie met de gedeputeerde Hooijmaijers

Fascinerend in de zaak van de vorige week veroordeelde bestuurder Ton Hooijmaijers was vooral zijn vermogen om zijn gedrag te rationaliseren. Eigenlijk heeft hij van de morele kant van zijn strafzaak helemaal niets meegekregen. Laakbaar, hoezo? Hij meent dat de overheid - en dus hij zelf als bestuurder - volledig dienstbaar moet zijn aan het bedrijfsleven.

Hooijmaijers’ zelfbeeld is niet aangetast. Hij gaf op tv en in de krant de perfecte rationalisatie: ik ben goed, dus wat ik doe is ook goed. Zijn eigen belang en het algemeen belang vielen perfect samen. Dat leidt nu eenmaal tot een stroom relatiegeschenken, betaalde adviezen, geheime facturen etc. Zijn vervolging is politiek gemotiveerd, de rechters begrijpen er niets van. Einde verhaal. Het slachtoffer zit hier voor u. Van corruptie is geen sprake, slechts van onbegrepen goede bedoelingen en idealen. Op vrijwel dezelfde manier reageerden eerdere wegens corruptie of omkoping veroordeelde zakenmensen als Joep van den Nieuwenhuizen en zijn mededader Leo van der Voort. Ze waren verbijsterd over de ‘onkunde’ van de rechters. Het rechterlijke standaardverwijt dat ze het laakbare van hun handelen niet inzagen vonden ze bizar.

Het is overigens weer een indicatie dat in de mediamaatschappij rechtszaken na de uitspraak gewoon doorgaan. Het vonnis als ‘ook maar een mening’. Met een kleedkamerinterview na afloop, waarin de scheidsrechter kan worden afgebrand.

Toevallig was er begin deze maand de jaarlijkse ‘Bedrijfsjuristenmonitor’ over corruptie. Daar was de beste soundbite van Muel Kaptein, hoogleraar bedrijfsethiek in Rotterdam. Hij zegt dat één procent van de werkende mensen in organisaties echt corrupt is en één procent echt integer. De rest, 98 procent, laat zich leiden door intuïties en omstandigheden. Wat het beste uitkomt, het minst riskant lijkt, etc. De mens als gedragscalculator: integriteit als een kwestie van vraag en aanbod. En als ongeleid projectiel: beïnvloed door reflexen en impulsen. Hooijmaijers’ gedrag is voor deze meerderheid van 98 procent volledig herkenbaar. De klant of de aandeelhouder moeten immers tevreden worden gesteld. En hoe de werknemer dat voor elkaar krijgt, moet hij zelf maar weten. Leidinggevenden of aandeelhouders laten het ‘smeren’ liefst over aan het middenkader of de lokale vertegenwoordigers.

Het nut van formele gedragsregels in een bedrijf is volgens Kaptein beperkt. Omkoping en corruptie bij bedrijven met een eigen gedragscode is maar tien procent lager dan bij bedrijven zònder. Hetzelfde lage percentage geldt voor zogeheten ‘compliance programs’. Intern toezicht op het naleven van wettelijke regels. Bedrijven die dat hebben doen het maar tien procent beter dan bedrijven zònder. Kaptein liet als sprekend voorbeeld de bedrijfscode van Enron zien, vol hooggestemde formules over de plicht om ‘moreel en eerlijk’ te handelen. Desondanks ging Enron ten onder in een moeras van bedrog, fraudeconstructies en leugens. Bij het faillissement was er 20 miljard dollar schuld.

De kernvraag is waarom werknemers of complete organisaties zich misdragen. Kaptein schreef een interessant boek over de psychologie van het frauderen: ‘Why do good people do bad things’ online te vinden via papers.ssrn.com. Met daarin een aantal psychologische valkuilen, zoals bijvoorbeeld verblinding door tunnelvisie. Een effect dat zich voordoet als er zulke hoge bonussen worden uitgeloofd dat werknemers zich niet meer afvragen of de route ernaar toe nog integer is, houdbaar, verstandig of zelfs maar winstgevend. Universele valkuil is ook het formuleren van heroïsche doelen. De provincie ‘op de kaart zetten’ en de ‘wereld verbeteren’, zoals gedeputeerde Hooijmaijers zich voornam. Wie zich als veldheer positioneert, roept vanzelf imperiaal gedrag op.

De veldslag wordt dan verhuld met amorele eufemismen en neutraal klinkende metaforen. Het is een ‘spel’ waarin smeergeld ‘versnellingsgeld’ heet, manipuleren ‘mensen verbinden’ en trucs ‘financiële techniek’ of ‘creatief boekhouden’. Ook het goedpraten achteraf is verklaarbaar. De fraudeur of oplichter is er al heel lang mee bezig. Hij moet immers ook aan zichzelf uitleggen dat er niks mis is met het verkopen van adviezen en het stiekem declareren via een relatie en het bedrijf van je vrouw. Ondanks het feit dat je schriftelijk plechtig de Commissaris van de Koningin en de fiscus beloofde geen enkele zakelijke activiteit tijdens je ambtstermijn meer te ontplooien.

Wie dat desondanks doet, heeft een morele vakantie genomen. Hij is er in geslaagd het ongemak, de stress over de eigen inconsequente keuzes weg te redeneren. In deze staat van cognitieve dissonantie verzint men een reden, een ratio om de irrationele keuze toch aannemelijk te maken. Hooijmaijers verklaringen kwamen zó uit het standaardrepertoire van de gemiddelde gevangenisbevolking. De regels zijn onduidelijk, ik diende een hoger doel, ik ben zelf slachtoffer, iedereen doet het zo, de enige fout is dat ik het niet beter heb geregeld, er wordt met mij afgerekend etc. De dader wil zichzelf als eerlijk en oprecht blijven zien, maar weet tegelijk dat zijn gedrag juist alle normen overschreed. Die spanning wegredeneren leidt tot de fraaiste, want onhoudbare redeneringen.

Mooiste voorbeeld uit het interview met H. vorige week in de krant was de vraag naar zijn relatie die zo vriendelijk was namens hem het smeergeld te incasseren. Dat was niet een poging om de geldbron te verhullen maar het tegenovergestelde. Het bewees juist zijn integriteit omdat hij op die manier het geld op afstand en de zaken gescheiden hield. Schitterend. Van een afstand zou je heel hard ‘Koekoek!’ willen roepen en op je voorhoofd wijzen. Maar dat zou niet beleefd zijn. Er moet ook nog ruimte zijn voor hoger beroep, nietwaar.

Door: Journalist en jurist Folkert Jensma (1957)

www.nrc.nl

No Rights Reserved (CC0 1.0)
0