Een burgeroorlog uitlokken in Egypte
De moord op meer dan 50 mensen bij een demonstratie voor de afgezette Egyptische president Morsi in Cairo op 8 juli heeft velen in Egypte en internationaal terecht geschokt. Pro-Morsi elementen geven de schuld aan de militaire troepen, terwijl het leger beweert dat het werd aangevallen met scherpe munitie.
Terwijl beschuldigingen over en weer gaan, duikt er een nieuw aspect op aan dit verhaal – de aanwezigheid van een derde macht, namelijk sluipschutters die vanaf daken schoten op beide partijen in het conflict. Deze onthulling roept serieuze vragen op over de ware aard van het conflict in Egypte en de verontrustende gelijkenissen tussen dit incident en vergelijkbare in Syrië, Thailand en elders.
Het bloedbad van Cairo
Terwijl duizenden zich verzamelen bij het hoofdkwartier van de Republikeinse Garde, waar velen vermoeden dat het Egyptische leger er de voormalige president Morsi gevangen houdt, braken er gewelddadigheden uit, waarbij tenminste 51 mensen gedood werden en honderden gewond raakten. Het bloedige incident markeerde een duidelijke overgang van een puur politiek conflict naar een potentiële burgeroorlog.
Volgens militaire functionarissen probeerden pro-Morsi “terroristen” het gebouw te bestormen, waarbij ze een gewelddadige reactie opriepen van de strijdkrachten die zich verdedigden. Kolonel Ahmad Mohammad Ali, een woordvoerder van het Egyptische leger claimde dat politiepersoneel werd aangevallen terwijl het probeerde de omgeving te beveiligen. Hij merkte op dat “ze boven op gebouwen zaten... ze schoten en ze gooiden dingen naar beneden... ze schoten met scherpe munitie en het leger had zichzelf te verdedigen.”
Kolonel Ali's opmerkingen zijn opgepikt door de meeste grote media in Egypte die grotendeels onder controle staan van krachten die sympathiek staan tegenover het leger en het voormalige Mubarak-regime. Maar de Moslim Broederschap en andere pro-Morsi partijen vertellen een heel ander verhaal.
Een verklaring op de site van de Vrijheids- en Gerechtigheidspartij van de Moslim Broederschap beschuldigt uiteraard de Egyptische strijdkrachten voor het moedwillig doden van wat zij beschrijft als “vreedzame demonstranten die de militaire coup afwijzen en de herinstallering eisen van hun gekozen president Mohamed Morsi.” Vanuit het Islamistische perspectief is het bloedbad, net als de coup zelf een directe aanval op niet alleen de Moslim Broederschap maar ook op de democratie zelf.
Daarenboven lijken de moorden het precedent te hebben geschapen dat Islamistische elementen in Egypte geen keus hebben dan op geweld terug te vallen.
Ondanks de verschillen tussen de strijdende partijen, hebben ze iets gemeen: beide partijen beschuldigen de ander van het uitlokken van het geweld dat zou kunnen leiden tot een totale destabilisering van het land. Het is echter erop te wijzen, dat het gros van de moorden van maandag gepleegd werden door onbekende sluipschutters die op daken posities hadden ingenomen, zoals in deze youtube video te zien is. Ofschoon de sluipschutters militaire uniformen lijken te dragen, blijft hun werkelijke identiteit onduidelijk.
Omdat het onmogelijk is om exact te bepalen wie deze sluipschutters waren, en in wiens opdracht ze werkten, is het belangrijk om in plaats daarvan de mogelijke motieven of het gebrek daaraan na te gaan.
Het leger heeft herhaaldelijk beweerd dat het werd aangevallen en dat het antwoord puur defensief was. Dit kan onmogelijk de aanwezigheid verklaren van militaire sluipschutters op daken, wat niet op een puur defensieve tactiek duidt. De bewering van de Moslim Broederschap en haar bondgenoten dat de sluipschutters vanzelfsprekend Egyptische militairen waren lijkt niet consistent met de politieke omstandigheden, noch met de feiten op de grond.
Allereerst moet worden opgemerkt dat het leger niets te winnen, en alles te verliezen heeft van het gebruik van dergelijke tactieken. Nadat het de macht heeft gegrepen […] had het leger al het grootste deel van het land en de wereldopinie aan zijn zijde. De acties van het leger ontmoetten niet alleen geen internationale afkeuring, regeringen leken over elkaar heen te buitelen om “vooruit te kijken” en te “roepen om stabliliteit”, beide termen simpelweg codetaal voor stilzwijgende steun.
Dus, terwijl de wereld naar Egypte kijkt, nauwlettend toeziend op iedere stap van het leger en de seculiere oppositie, heeft het leger absoluut niets te winnen bij het verspreiden van zulke chaos.
Bovendien is het idee dat Egyptische militaire sluipschutters op hun medesoldaten zouden vuren zacht gezegd vergezocht.
Ten tweede waren de Moslim Broederschap en hun aanhangers zich ongetwijfeld bewust van de onmogelijkheid om het leger in de straten aan te vallen. Wat voor wapens ze volgens bronnen ook hadden (flessen, stenen, kleine wapens) waren zeker niet genoeg om het leger significant te raken. Het idee dat deze demonstranten geprobeerd hebben om het hoofdkwartier van de Republikeinse Garde te “bestormen” schijnt lachwekkend. Hoewel de massa voornamelijk bestond uit fervente aanhangers van de afgezetten president Morsi, waren het gewone Egyptenaren, geen militante Salafisten of een dergelijke groepering.
Dus lijkt het dat geen van beide zijden werkelijk profiteerde van of in staat was om te doen wat de andere partij suggereert. Dat roept de cruciale vraag op... als de sluipschutters geen deel uitmaakten van één van beide partijen, wie waren ze dan precies? Het lijkt dat de enige logische conclusie is, dat de sluipschutters tot een nog onbekende derde partij behoorden wier belang er niet in gelegen was partij te trekken maar in het verzekeren dat er gewelddadige schermutselingen en moorden zouden plaatsvinden om spanningen op te stoken en een burgeroorlog uit te lokken. Scherpe waarnemers zullen opmerken dat we dit scenario eerder gezien hebben, meest recentelijk in Syrië.
Het Syrische en Thaise precedent
Bij de uitbraak van het geweld in Syrië in 2011 vroegen velen zich af hoe de situatie op de grond zo snel kon escaleren. Het leek erop, volgens westerse mainstream mediareporters, dat de Syrische veiligheidstroepen simpelweg gek geworden waren en vreedzame demonstranten willekeurig begonnen te doden.
Echter, wat snel duidelijk werd was het feit dat onbekende sluipschutters op daken in steden als Deraa en Hama inderdaad de belangrijkste daders waren. Zoals kan worden gezien in deze videos en in talloze artikelen, valt de aanwezigheid van sluipschutters op daken door heel Syrië niet te ontkennen. Natuurlijk werd direct beweerd dat de sluipschutters slechts Assads' militaire troepen waren. Daarvoor werd echter nooit bewijs geleverd.
Interessant genoeg merkte de observeringsmissie van de Arabische Unie, zelf vijandig ten opzichte van het regime van Assad, in haar rapport van begin 2012 op dat veel van de gruwelijkheden, inclusief de inzet van sluipschutters correct toegeschreven zouden kunnen worden aan een derde, onbekende macht binnen het land. Zoals het rapport stelt:
"De Missie heeft vastgesteld dat er een gewapende entiteit is die niet wordt genoemd in het protocol. Deze ontwikkeling op de grond kan ongetwijfeld worden toegeschreven aan het excessieve gebruik van geweld door Syrische overheidstroepen, in reactie op protesten tegen het Assad regime die plaatsvonden voor de inzet van de Missie.
In sommige zones reageerde deze gewapende entiteit door het aanvallen van Syrische veiligheidstroepen en burgers, wat leidde tot een reactie met verder geweld door de regering."
Het rapport bevestigt de verklaringen van vele ooggetuigen, namelijk dat het geweld dat aan het begin van het Syrische conflict uitbrak gedeeltelijk toe te schrijven was aan deze "derde macht" uitgerust met sluipschutters en militaire training en uitrusting. Voorspelbaar genoeg probeert het rapport een spin te geven aan het geweld van deze "derde partij" als was het puur in reactie op het Syrische leger, maar het verschaft geen bewijs anders dan de algemene verzekering dat “het geweld ontegenzeggelijk moet worden toegeschreven aan het excessieve gebruik van geweld door regeringstroepen”.
Het is dus duidelijk dat er een element zich binnen Syrië bevond tijdens de vroege stages van het conflict, dat sluipschutters gebruikte en andere vormen van geweld en terreur om de oppositie en de regering een oorlog in te manipuleren.
Het lijkt vrij goed te hebben gewerkt.
Syrië is zeker niet het enige land dat dit fenomeen heeft meegemaakt. In 2010 braken er gewelddadigheden uit tussen de regering van Thailand en 'roodhemd' aanhangers van de door de VS gesteunde voormalige minister-president Thaksin Shinawatra.
Net als in Syrië doken er tussen de rangen van de roodhemden mysterieuze schutters op, gewapend met scherpschuttersgeweren, machinegeweren en granaten, die Thaise troepen begonnen aan te vallen, waarbij ze een prominente kolonel en zes andere militairen doodden. De poging om een militair complex te “bestormen” met demonstranten was duidelijk een cynisch georkestreerde dekmantel voor het uitlokken van chaos en mogelijke destabilisering van het land met de achterliggende gedachte, om Washingtons' favoriet Shinawatra te installeren.
Hier zien we opnieuw dat sluipschutters en andere gewapende, onbekende strijders zich in het centrum van het incident bevonden.
Wat in Thailand gebeurde was niet slechts een ongeluk. Er was coördinatie en planning voor nodig, financiering en materiële steun. Dit wijst erop dat dit, in tegenstelling tot het fantastische verhaal van de mainstream media, geen simpel politiek protest was en dat het zo niet beschouwd zou moeten worden. Eerder geeft het een duidelijk voorbeeld, net als in Syrië, van hoe ver bepaalde elementen bereid zijn te gaan om hun politieke doelen te bereiken.
De details van de slachting in Egypte komen nog steeds naar buiten, dus het is onmogelijk met zekerheid te zeggen wat er is gebeurd. Maar, uitgaande van vorige ervaringen in Syrië en Thailand, kan men zeker twijfelen aan het narratief dat aan het publiek wordt gepresenteerd.
Wie waren deze sluipschutters in Caïro? Wie gaf het bevel om te vuren op zowel pro-Morsi demonstranten als op het leger? De antwoorden op deze en ander vragen moeten mettertijd opduiken. Hopelijk is er nog steeds een verenigd en vredig Egypte wanneer zij dat uiteindelijk doen.
En voor wie denkt dat dit kikkerlandje vrij kan blijven van dit soort giftige inmenging: de basis voor immense rotzooi is allang gelegd, de poppetjes op hun plek en alle materiaal is voorhanden. Maar we zijn nog niet aan de beurt want er moet eerst nog flink gemolken worden.
bedankt voor het toevoegen van het plaatje btw @iemand
ik ben het overzicht af en toe een beetje kwijt, ben wel benieuwd naar namen en rugnummers :)
Tnx voor het vertalen!
Ik denk dat Snowdon daarom liever in Rusland blijft.
Als de VS al een burgeroorlog/staatsgreep kan uitlokken ,kunnen ze ook Snowdon ontvoeren.
Waarbij "ze" niet specifiek voor de vs staat.
http://www.trouw.nl/tr/nl/4496/Buitenland/article/detail/3475372/2013/07/13/Justitie-Egypte-begint-onderzoek-tegen-Morsi.dhtml
http://egyptdailynews.com/news%20selling%20Sinai.htm
http://www.youtube.com/watch?feature=player_embedded&v=_o24fcRjE44