De vreemde in de spiegel: Zelfkennis is meestal een illusie
Mensen denken dat ze zichzelf goed kennen, maar dat is meestal een misvatting. Mensen overschatten zichzelf, zegt David Dunning. Voor echt zelfinzicht zul je systematisch te werk moeten gaan, aldus zijn collega Jaap Denissen.
Wie kan jouw intelligentie beter inschatten: een volslagen vreemde die je 90 seconden een weerbericht heeft zien voorlezen of jijzelf? Uit onderzoek blijkt dat een vreemde daar grofweg net zo goed in is. Mensen hebben opvallend weinig kennis over zichzelf, zo leert de psychologie ons.
David Dunning, hoogleraar psychologie aan de Cornell University in Ithaca, New York, is expert op het gebied van zelfinzicht. ‘Als je kijkt naar wat mensen over zichzelf denken en hoe ze echt zijn, dan is het verband gewoon erg zwak,’zegt hij. ‘En verreweg het grootste probleem op dit gebied is dat mensen zichzelf overschatten. Het beeld dat we van ons karakter en onze competenties hebben is veel te rooskleurig. Over het algemeen denken we van onszelf dat we boven het gemiddelde zitten op het gebied van bijvoorbeeld leiderschapscapaciteiten, idealisme, rijvaardigheid en hoe gezond we zijn. Maar het is statistisch natuurlijk niet mogelijk dat het merendeel van de mensen boven het gemiddelde zit.’
Sociaal wenselijk
Zeker als het aankomt op sociaal wenselijk of moreel gedrag zijn anderen beter in staat om ons gedrag te voorspellen, zegt Dunning. ‘In een van onze onderzoeken vroegen we proefpersonen een maand voor de verkiezingen te voorspellen of ze wel of niet zouden gaan stemmen. Ze bleken daarin minder goed dan een vreemdeling die slechts een paar details over hen te horen kreeg. Dat komt dus doordat wij overoptimistisch zijn over ons eigen gedrag, terwijl anderen dat niet zijn.’
Hoogleraar psychologie Jaap Denissen (Tilburg) doet onderzoek naar de ontwikkeling van persoonlijkheid. Wat moet je doen om een zo realistisch mogelijk zelfbeeld te krijgen? ‘Ten eerste zal je moeten definiëren wat je precies over jezelf wilt weten. Wees daarbij zo concreet mogelijk. Als je wilt weten hoe sportief je bent moet je eerst duidelijk definiëren wat sportiviteit voor jou betekent. Is sportiviteit hetzelfde als vaak sporten, goed tegen je verlies kunnen of vaak naar sportwedstrijden op televisie kijken?’ De volgende stap is het bewust worden van je gedrag door jezelf zo zuiver mogelijk te observeren. Denissen: 'Je zult jezelf op de proef moeten stellen. Wil je bijvoorbeeld weten hoe gevoelig je bent voor stress, dan zal je stressvolle situaties moeten opzoeken.'
Jezelf kwantificeren
De meest wetenschappelijke manier om tot meer zelfinzicht te komen is het verzamelen van zoveel mogelijk data over jezelf. Je kunt bijvoorbeeld bijhouden hoeveel je beweegt en hoe dat van invloed is op je stemming. Self-tracking heet dit verschijnsel en het wordt steeds populairder. Een wereldwijde beweging, die zich Quantified Self noemt, loopt hierin voorop. Gewone mensen gebruiken wetenschappelijke methoden om allerlei data over zichzelf te verzamelen om vervolgens statistiek los te laten op hun eigen leven. Het verzamelen van de data en de statistische analyse kost behoorlijk wat tijd. Toch raadt Denissen het aan. Hij ‘kwantificeerde’ ook zijn eigen leven en ontdekte dat hij het gelukkigst is als hij regelmatig slaapt en niet teveel drinkt. ‘En ik bleek gelukkiger te worden van veel werken.’
Met behulp van smartphones wordt het steeds eenvoudiger om data over jezelf te verzamelen. Er zijn nu al apps die gedragingen voor je registreren en er komen er steeds meer bij. Zo wordt er gewerkt aan een app die je emotionele toestand kan afleiden uit je stemgeluid. Op die manier zou je kunnen vaststellen of je regenachtig dagen somberder bent dan op zonnige dagen. Of Denissen zelf zo’n app zou willen gebruiken? 'Ja, natuurlijk!'
De Amerikaan Dunning heeft zelf in de loop van zijn leven een fundamentele les geleerd: ‘Eén ding waar ik mezelf heel, heel bewust van ben als ik iets nieuws doe, is dat ik het risico loop mijzelf te overschatten of de taak te onderschatten, juist omdat het nieuw voor me is. Daarom betaalt het zich ook uit om, als je iets nieuws gaat doen, een mentor te nemen, iemand die weet je waar je op voorbereid moet zijn. Ik ben ook niet meer zo verbaasd als ik een vergissing maak, en ik weet ook steeds beter dat wat ik vandaag denk te weten, morgen anders kan zijn.’
Anderen afwaarderen
Het gevolg van een uitvoerig zelfonderzoek is dus waarschijnlijk dat je het beeld van jezelf in negatieve zin moet bijstellen. Is een realistisch zelfbeeld dan wel zo wenselijk? Kan je niet beter de zelfoverschatting voor lief nemen?
Volgens Dunning ligt het genuanceerd: ‘Denk maar aan soldaten die het slagveld op gaan. Die zijn beter af met veel zelfvertrouwen. Maar aan de andere kant: het laatste wat je wilt voor zo’n veldslag is een generaal die overschat hoe goed zijn leger voorbereid is, je wilt een generaal die om te veel troepen en voorraden heeft gevraagd, en heeft nagedacht over plan A, B én C. Als het dus een kwestie is van motivatie bij de uitvoering van een plan, dan kan zelfoverschatting je helpen. Maar in de fase van plannen maken kun je dat maar beter niet doen.’
Uit het onderzoek van Denissen blijkt dat mensen die zichzelf beter zien dan ze werkelijk zijn, beter aangepast en gelukkiger zijn. Maar ook Denissen ziet minder mooie kanten aan zelfoverschatting. 'Het gevaar van jezelf opwaarderen is dat je anderen gaat afwaarderen. En willen we wel leven in een samenleving waarin mensen zichzelf ophemelen ten koste van anderen?
Huh? Ben blij dat je weer zo genuanceerd bent.Maar ieder zijn/haar mening.
Humm.Ja, daar moet ik je gelijk in geven.Heeft Jung blijkbaar maar half of helemaal niet begrepen.
Ik denk juist, omdat "ego" op zijn allerbest slecht een fractionele representatie van "zelf" is, dat er eerder sprake is van fundamentele zelfonderschatting :)
Naar mijn bescheiden mening is dat sterk afhankelijk van de karakter structuur.
.
Artikel staat ook onder het kopje 'Discussie' en derhalve is het ook een discussiestuk.Idd.Er heeft de afgelopen jaren een afbraak van de wetenschap plaatsgevonden.Alleen de Beta springen er in mijn optiek nog gunstig uit.Over het algemeen lijden we aan intellectuele armoede,
Werkelijk? In IV stond het nog.Maar ik begrijp het wel en kijk..zo komen we te toch weer op het onderwerp zelfkennis terug.:).Psychiaters hebben blijkbaar genoeg ( ojectieve) zelfkennis om narcisme uit het DSM V te bannen.Dit kunnen we toeschijven aan de hybris van de psychiatrie.Er bestaat idd geen pilletje tegen narcisme.De hele wereld lijdt aan een of andere stoornis dus het kassa voor de big farma waar de psychiaters nauwe ( financiele) banden mee hebben.Uiteindelijk geven de psychiaters zichzelf met het DSM V handboek een brevet van onvermogen en daarbij is i.m.h.o. bewezen dat de psuchiatrie een pseudo-wetenschap is.Te biecht gaan kan ook heel reinigend en louterend werken.:)
Bram Bakker in zijn column vandaag:
Hahaha als dit klopt dan betekent dit dat narcisme dus binnen het 'normale kader' valt..... oftewel; psychisch gezond .......!?
Volgens mij snoepen die psychiaters te veel van hun eigen handel! ;)
Behalve dan de narcisten onder ons want die vallen blijkbaar buiten de boot.Van de verzekeraar niet erg verstandig om DSM V te handhaven.Hoe meer 'storingen' er gediagnosticeerd worden (vermijdbaar) des te meer zullen ze uit moeten keren.De psychiaters mogen dan, al dan niet pro forma,hun bezwaren uiten toch zullen ze het spelletje mee spelen omdat het domweg veel opbrengt.Uiteindelijk denkt iedereen aan zijn eigen portomonaie en de patient/client is het haasje.
Dat had ik begrepen.Maakt niet.Ik maak ook veel taalfouten.:)
Een aardig stukje geplaatst over DSM V. als aanvulling op deze discussie.
Maar het is absoluut geen stornis. ROFL
Diagnostische criteria voor de narcistische persoonlijkheidsstoornis (DSM-IV)
De patiënt:
vindt zichzelf fantastisch en enorm belangrijk (hij overdrijft zijn prestaties en talenten, verwacht dat men hem erkent als een superieur persoon zonder dat zijn prestaties hier aanleiding toe geven);
is gepreoccupeerd met fantasieën over onbeperkt succes, macht, brille, schoonheid, of de ideale liefde;
gelooft dat hij 'speciaal' en uniek is en dat hij slechts begrepen kan worden door andere speciale mensen, bij voorkeur met een hoge status, van wier kring hij eigenlijk ook deel zou moeten uitmaken;
eist excessieve bewondering;
meent over speciale voorrechten te beschikken (heeft bijv. de onredelijke verwachting dat hem een voorkeursbehandeling toekomt of dat men vanzelfsprekend rekening houdt met zijn verwachtingen);
gebruikt zijn medemens om zijn eigen doelen te bereiken;
heeft een tekort aan invoelend vermogen (hij wil de gevoelens en behoeften van anderen niet erkennen en het is hem niet goed mogelijk zich de behoeften van anderen voor te stellen);
is vaak jaloers op anderen of gelooft dat anderen jaloers zijn op hem;
heeft een hooghartige houding en gedraagt zich dienovereenkomstig.
Hebben we daar tegenwoordig geen pilletje tegen?
Zaplog op z'n best.
Nee, maar met Ayuhuasca therapeutisch ingezet zou je een heel eind komen, Iboga is ook een kandidaat ...
Wat er dan wel mis is gegaan is natuurlijk dat het ontstaan zelf van NPD als een duidelijk te diagnostiseren verstoring verdwenen is en daarmee de kennis/behandeling van de persoonlijkheidsstoornis zelf dreigt verloren te gaan en nu vervangen wordt door pilletjes die slechts de uiterlijke kenmerken afstompen, wat dan als curatief voorgesteld wordt. Grote kul natuurlijk. Gevaarlijk ook.
Zeker in een tijdperk waar de grootste en duidelijkste NPD lijders in de MSM juist als helden nergezet worden en nu als rolpatronen voor de jeugd dienen in de vorm van gelauwerde muzici, artiesten, liegende politici, megalomane zakenlieden etc. (We keken net naar het songfestival waar een aantal interessante voorbeelden van NPD bij zowel presentators als artiesten voorbij kwamen.)
Het is imho schokkend dat we die doctrine van professionele ontkenning van dit soort zeer belangrijke en just explosief vaker voorkomende stoornissen nu met DSM-V gelegitimeerd terug zien in de nieuwe onderzoeken ....