1. #bedrijven
  2. #bijstand
  3. #herinnering
  4. #katholiek
  5. #nederlandse-staat
  6. #ondergronds
  7. #overheden
  8. #rechters
  9. Artikelen

Mevrouw, hebt u de mijne al gezien?

In het Limburgs Dagblad las ik, dat de Nederlandse regering níét van plan is om Zuid Limburgse mijnen voor te dragen voor een plek op de werelderfgoedlijst van Unesco. Unesco had besloten, om o.a. drie voormalige Waalse mijnen op die lijst te plaatsen. Maar Nederlands-Limburgse mijnen? Onze regering wil daar niet eens over praten. Daar is men het op hoog niveau in Limburg niet mee eens en men wil via de politiek opname afdwingen.
Hier is een stok om de NL-hond mee te slaan. Knuppel, uit de zak!
De katholieke mijnwerkersbond vooral, was het schoothondje van de mijnbazen en regeerders. Geld genoeg. Maar 1957, terwijl het lag weg te rotten en gedeeltelijk werd belegd in bijvoorbeeld wapenhandel was de bond te laf, om een algemene staking uit te roepen of af te dwingen. Een langzaamaanactie, ja dat kon nog net, om de Nederlandse Staat en de mijnbazen en hun aandeelhouders, niet te zeer voor het hoofd te stoten. En kwam er een grote staking toen jaren daarna het besluit was gevallen om alle Limburgse mijnen te sluiten?
Nee. “Doa dees te toch niks aan!” DAAR DOE JE TOCH NIKS AAN, kon je overal horen.
Mijnwerkers kregen door de bond de kop gek gemaakt. “Zorg dat jullie ander (minder betaalt) werk krijgen. Het beroep van mijnwerker is onmenswaardig!”
Wie na verloop van tijd een “menswaardigere”doch slecht betaalde baan weigerde, mocht naar een riantere uitkering dan een hongerloon, fluiten.
De bond werkte er aan mee, dat bijna niemand het aandurfde, om een opgedrongen, rotbaan te weigeren. Doch bedrijven, ingericht voor vervangende werkgelegenheid, die gingen na een paar jaar, vaak opzettelijk, de pijp uit. Maar de vette subsidiebuit, die hadden ze binnen. Mijnwerkers, wier loon, door in zo’n bedrijf te werken daar was verlaagd, werden gedeeltelijk gedumpt in de WAO, de WW en in de bijstand. Er gebeurde van alles dat niet klopte.
Op en in alle mijnen, hebben slopers hun werk gedaan. Met voormalige, ondergrondse mijnwerkers. Die waren het slopen, wel gewend. In Limburg bestaan nu geen mijnen meer. De herinnering daaraan, is grotendeels uitgevaagd.
Heerlen dat ooit bij de mijnstreek hoorde heeft zijn ongunstige mijnverleden weggemoffeld achter de nieuwe naam: Parkstad. Dat is toch eigenlijk wel beledigend, voor diegenen, aan wie Heerlen eh...,“Parkstad” zijn ontstaan en bestaan te danken heeft.
Maar ja: wie altijd, vaak met plezier, mensonwaardig werk hebben verricht, wie alleen maar op hun werkplek konden schijten en hun brood opeten, voor dergelijke “mensen” hoeft men geen respect te hebben. Dat vonden regeerders, rechters en de Raad van State, bij wie voormalige mijnwerkers, nul op rekwest kregen toen zij om verbeteringen vroegen en hun recht wilden halen. Minderwaardig werk en armoe die passen nou eenmaal bij minderwaardige lui zoals mijnwerkers. Zij kregen hun beroeptrots afgenomen. Dank zij hun slijmerige “vakbond, die er met hun geld vandoor ging.
Mijnsteden, hun overheden en regeerders willen graag het verleden opschonen, door te doen alsof er in Limburg nooit mijnen hebben bestaan. Alleen aan overgebleven, zwarte steenbergen, die men nu met spoed opruimt, vooral als er zilverzand onder zit, is nog te zien waar men ooit mijn bouw kende. Onze kinderen weten niet waar die kunstbergen voor dienden..Sommige gingen op in de Limburgse natuur.
“Mevrouw, hebt u de mijne al gezien?”
“Als u dat doet, dan trek ik aan de noodrem!”
Dat grapje hoor je tegenwoordig niet meer in de trein naar Heerlen. Of langs een andere, voormalige, mijnzetel.

Haras

No Rights Reserved (CC0 1.0)
0