Kiloknallers voor het volk
Vroeger was vlees, witte suiker wit brood een teken van welstand.
Het schijnt dat de ernstige reuma waar keizer Karel V aan leed, te maken had met de buitensporige hoeveelheden vlees die hij naar binnen werkte. Met alle verplichte prestigieuze adellijke dinertjes overschreed hij blijkbaar ruimschoots zijn persoonlijke vlees taks. Nog steeds ziet een, vooral vooroorlogse generatie vlees als een verworvenheid: Zonder vlees, niet echt gegeten. En vlak ook andere bevolkingsgroepen niet uit.
Het gezegde: 'Geef het volk brood en spelen' is op hen niet van toepassing. Brood is voor watjes en armoelijders. 'Veel en groot' geldt niet alleen voor speelgoed en snoep, het geldt blijkbaar ook voor vlees. Enige nadere toelichting met betrekking tot de gevolgen die dit heeft op de kwaliteit van vlees is denk ik overbodig.
Ook de 'ontwikkelings' landen hunkeren naar hun portie 'luxe'. Vanaf half 2011kan een aantal Nederlandse bedrijven varkensvlees exporteren naar China. Joepie. China onder andere, is niet alleen een groeimarkt voor vlees, ook bedrijven die apparatuur maken die iets doet met het signaleren van kanker en het bestrijden van kanker, zien daar een gouden toekomst. Degene die dit opmerkte gaf zelf toe dat dit wel een beetje luguber klonk, maar je moest tenslotte ook reëel zijn. Geef hem eens ongelijk.
Nederland is trots de biggen en varkens die ze exporteert.
Nederlands biggen zouden uitblinken door hun:
Hoge groeisnelheid
Gunstige voederconversie
Lage mortaliteit
Sterk
Uniformiteit
Markt georiënteerde eigenschappen
Dit alles ondersteund door:
Nationale gezondheids- en dierziekte bestrijdingsprogramma’s
Hyper-moderne veevoederindustrie
Praktijk georiënteerd onderzoek
Goed opgeleide, georganiseerde boeren
Efficiënte informatie verspreiding
Private kwaliteitssystemen voor transport en hygiëne
Varkens fokken is een kille rekenpartij en big business.
Ook hier geldt hoe groter hoe beter. Adriaan Straathof bezit vele megastallen en varkensflats in Nederland en het voormalige Oostblok. Hij is mogelijk de grootste varkensboer van heel Europa. Straathof produceert anderhalf miljoen biggen per jaar. Omwonenden worden gek van de stank en het dag en nacht langsdreunende vrachtverkeer. Gemeentes gaan bijna failliet aan de procedures die ze tegen hem moeten voeren.
Toch produceert hij nog niet genoeg. Terwijl de export in de min zat, importeerde Nederland juist meer vleesvarkens.
Vlees moet, u weet wel mevrouwtje waarom, en dieren vinden het fijn om opgegeten te worden. Bij de slager prijst het varkentje of kip immers zijn eigen vlees aan.
Geef het volk kiloknallers en spelen.
Alleen maar door de betere doorvoeding of zou er meer aan de hand zijn?
Ik sprak ooit eens een Zuid-Afrikaan, die zijn Rhodesian Ridgebacks (honden) had meegenomen naar Nederland. Deze waren hier verder gegroeid, terwijl ze eigenlijk al uitgegroeid hadden moeten zijn. Ook de nakomelingen waren veel groter. Hijzelf gooide het op de betere voeding. Alle Ridgebacks, die hij hier zag waren in zijn ogen enorm.